Széchenyi-Lánchid Kettingbrug in Boedapest

Boedapest wordt tot de mooiste hoofdsteden van Europa gerekend. Vanaf de Burghtheuvel zie je de blauwe Donau door de stad slingeren. Van de bruggen die beide stadsdelen verbinden, is de oude Széchenyi Kettingbrug de meest indrukwekkende.

De Széchenyi Kettingbrug is 380 meter lang en 14,5 meter breed. De brug ligt tussen het Adam Clarkplein (Clark Ádám tér) in Boeda en het Rooseveltplein (Roosevelt tér) in Pest.

Voordat de brug gebouwd werd had euwenlang slechts een pontonbrug Buda en Pest met elkaar verbonden. Graaf István Széchenyi (1791-1860) kwam met het idee van de bouw van een permanente brug over de Donau nadat hij in december 1820 het nieuws had gekregen dat zijn vader in Wenen was overleden. Vanwege de strenge winter was de pontjesbrug buiten gebruik waardoor hij gedurende een week gestrand was aan de Pest-zijde. Graaf Széchenyi zwoer dat hij zou de financiering van de bouw van een permanente brug over de Donau rond zou krijgen, ongeacht de kosten. Het kostte hem bijna 20 jaar om dit te bereiken.

In 1836 werd de opdracht voor de bouw gegeven. De Széchenyi Kettingbrug werd tussen 1842 en 1849 gebouwd naar een ontwerp van de Brit William Tierney Clark. De leiding van de bouw was in handen van zijn naamgenoot Adam Clark, naar wie het plein aan de westkant van de brug genoemd is. De Széchenyi Kettingbrug is geopend in 1849. Officieel heet deze brug pas sinds 1899 de Széchenyi-Kettingbrug (Széchenyi-Lánchid), naar graaf István Széchenyi, de man die het initiatief tot de bouw nam.
De laatste fase van de bouw vond plaats tijdens de Revolutie en Onafhankelijkheidsoorlog van 1848-1849. Een van de eerste wandelaars over de brug waren de soldaten van het Hongaarse Leger. Zij trokken zich terug van de Oostenrijkse troepen. De Oostenrijkers probeerden de brug op te blazen, maar de explosieven zijn niet afgaan.

De Kettingbrug steunt op twee pijlers, waarvoor antieke triomfbogen als voorbeelden hebben gediend. Twee leeuwen van steen, ontworpen door János Marschalkó, zorgen aan weerszijden voor een stille bewaking. Ze werden in 1885 geplaatst. Volgens een overlevering was de beeldhouwer vergeten om de tongen van de leeuwen uit te houwen. Een jongen maakte hier een opmerking over tijdens de openingsceremonie. De beeldhouwer werd zo verdrietig dat hij van de brug in de Donau sprong.

In januari 1945 bliezen Duitse militairen de brug op om de opmars van de Russische troepen onder leiding van maarschalk Semjon Timosjenko te vertragen.

In 1949 was de brug weer in haar oorspronkelijke vorm gerestaureerd. De ingebruikname vond precies honderd jaar na de inwijding plaats, op 21 november 1949.

Lees ook onze andere artikelen over Boedapest.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *