Revolutie van 1848 in Hongarije

Thema’s > Hongaarse Revolutie van 1848

De Hongaarse revolutie van 1848 was een van de vele revoluties in Europa van dat jaar in de Habsburgse gebieden. De revolutie in het Koninkrijk Hongarije groeide uit tot een oorlog voor onafhankelijkheid van van het Habsburgse rijk.

Het belang dat tot op de dag van vandaag wordt gehecht aan deze revolutie blijkt uit het feit dat veel van de leiders en deelnemers van deze revolutie, onder andere Lajos Kossuth, István Szechenyi, Sándor Petőfi en József Bem, tot op de dag van vandaag behoren tot de meest gerespecteerde nationale figuren in de Hongaarse geschiedenis. De verjaardag van het uitbreken van de revolutie, op 15 maart, is nog altijd één van de nationale feestdagen van Hongarije.

Het Hongaarse kwam opnieuw bijeen in 1825 om de financiële zaken te behandelen. Een liberale partij ontstond en Lajos Kossuth werd naar voren geschoven als leider van de lagere adel in de Rijksdag.

De revolutie begon op 15 maart 1848, met massademonstraties in Pest en Boeda. Dit lede tot het onvoorwaardelijk accepteren van alle eisen door de keizerlijke gouverneur, gevolgd door verschillende opstanden in heel het koninkrijk. Hierdoor konden de Hongaarse hervormers een nieuwe regering van Hongarije uitropen en verklaarden zij Minister Lajos Batthyány tot eerste premier van Hongarije.

De nieuwe regering keurde een ingrijpende hervorming goed, aangeduid als de “april wetten”, die in wezen een democratisch politiek systeem creëerden in Hongarije. Zij eiste ook dat de Hongaarse regering alle ontvangen belastingen in Hongarije zouden besteden, en dat zij het gezag zouden hebben over de Hongaarse regimenten in het Habsburgse leger.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *