Literatuur

De oude Hongaarse Klaagliederen ( Hongaars : Ómagyar Mária-siralom ) is het oudste nog bestaande Hongaarse gedicht. Het werd gekopieerd in ca. 1300 in een Latijnse codex, evenals de eerste coherente Hongaarse tekst, de Halotti beszéd (Grafrede), die werd geschreven tussen 1192 en 1195. Met een codex wordt een gebonden boek uit de late oudheid of middeleeuwen aangeduid.

In de 16de eeuw kwamen de typische genres van deze tijd: Gáspár Heltai schreef fabels in het Hongaars, verhalen over intuïtie, Bijbelvertalingen, folkloristische genres en legendarische geschiedenissen. De beroemdste van de laatstgenoemden was Tinódi Sebestyén Lantos, die de beroemdste belegering van de Turken, geleid door de Turken, zong. Bálint Balassi was een van de grootste dichters van de eeuw en van de Hongaarse literatuur, met zijn verzen van religieuze, burgerlijke en liefdesgerelateerde aard.

Drie van de bekendste 20ste eeuwse Hongaarse schrijvers zijn Imre Kertész (1929), Sándor Márai (1900-1989) en Magda Szabó (1917-2007).  Als enige Hongaarse schrijver tot nu toe ontving Imre Kertész in 2002 de Nobelprijs voor de Literatuur.

Met enige regelmaat worden er boeken van Hongaarse auteurs in het Nederlands vertaald.

In januari 2016 verscheen de roman Vuurstapel van György Dragomán.