Szentendre

Plaatsen > Szentendre

Wanneer men vanuit Budapest langs de hoofdstraat 11 naar het noorden rijdt komt men na 20 minuten rijden in Szentendre. Szentendre is een plaatsje langs de Donau met circa 20 000 inwoners. ’s Zomers verdubbelt dit aantal door het grote aantal vakantiegangers.

Szentendre ligt in de schaduw van het Pilis-gebergte, daardoor regent het ’s zomers minder dan in omliggende plaatsen. De bergen bieden veel wandelmogelijkheden.

De omgeving van het huidige Szentendre wordt reeds sinds de steentijd bewoond. De eerste bewoners waren Illyriers. Na hen werd de omgeving bewoond door de Keltische stam van de Eraviskers. Onder Keizer Augustus werd de stad door de Romeinen veroverd. Zij legerden er onder de naam Ulcisia Castra (Het wolvennest) een troepenmacht. In de 4e eeuw was de naam van de stad: Castca Constantia. De ruïnen hiervan bevinden zich tot op de dag van vandaag onder een heuvel tussen de S-vormige hoofdstraat en het Bükkös-riviertje. Aan de zuidzijde van de stad zijn nog de Romeinse overblijfselen te bezichtigen. Met de volksverhuizing in de 5e eeuw gingen de Romeinse legerplaats en de bijbehorende wachttorens ten onder. De ruines zijn nog te zien aan de rechter Donau-oever en op het eiland van Szentendre. In 895 werd Szentendre ingenomen door de Hongaar Kursan. In 1009 kreeg Szentendre stadsrechten en sinds de 14e eeuw nam de stad in betekenis toe. Door oorlogen en de Turkse overheersing ging de stad achteruit totdat in 1690 de Serven werden verdreven uit Opowaz, Tschiprowaz, Potscharewaz en Belgrado door de Turken en Keizer Leopold 6000 van hen in Szentendre liet vestigen en hen van bijzondere rechten voorzag.  In later jaren voegden vele vluchtelingen zich bij de daar wonende Serven vooral Grieken en Bosniërs. De geïmmigreerde Serven die gevlucht waren voor de Turken, zijn nog altijd zichtbaar in de vele Servische orthodoxe kerken.

Volkskunst, handel en goede wijn maakten de stad vervolgens beroemd. In de omgeving van de Péter-Pál utca, de Dumtsa Jenõ utca en de Bercsényi utca kan men tot op de dag van vandaag de huizen bewonderen van de rijke Griekse kooplieden. Rondom het centrum bevinden zich de smalle huizen van de Serven die door smalle gangetjes met elkaar verbonden zijn. Op de begane grond winkels en op de bovenverdieping woonruimte. De zolder dient als opslagplaats. De Serven maakten ooit 45% van de bevolking van Szentendre uit maar in 1890 was dat nog slechts 19%. Hun plaats werd ingenomen door Hongaren en Slowaken. Sinds het begin van de 20e eeuw kwamen er steeds meer Hongaren in Szentendre wonen die zich op het vervaardigen van volkskunst toelegden. De kleurrijke gebouwen en de mooie lichtinval waren een inspiratie voor artiesten om hier in de vroege 20ste eeuw een kolonie op te richten, en nog altijd vind je in de smalle straatjes overal kleine galerijen. Sinds ca. 1990 heeft Szentendre zich toegelegd op het toerisme. Vele kleine hotels, campings en pensions zijn er inmiddels gevestigd.

De beste periode om dit stadje te bezoeken is tijdens het Szentendre Summer Festival (van eind juni tot eind augustus), waar je kunsttentoonstellingen kan bekijken en er een ruim aanbod is aan theater en muziek.

Met dank aan: Raymond Alexander, Jos Ector

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *